Het benoemen van betrokkenheid bij deportaties is volgens het gerechtshof “smaad”

Afgelopen woensdag deed het Gerechtshof in Den Haag uitspraak in de zaak wegens smaad tegen een van de posterplakkers van de poster “De Vries en Verburg – Uw duurzame partner in deportaties – Bouwt vol trots de gezinsgevangenis voor vluchtelingen op Kamp Zeist”. Opnieuw leidde de zaak tot een veroordeling (…) Uit de uitspraak: “Het hof is van oordeel dat de aard en de combinatie van de woorden op deze posters zonder meer smadelijk zijn voor het bedrijf, dit omdat de woorden een VERBAND LEGGEN tussen het – in opdracht van de overheid – bouwen en de gestelde deportaties, waarop het bedrijf nog trots zou zijn ook, en waarbij benadrukt wordt dat het bedrijf daar een duurzame partner in is. De woorden zijn daarmee bedoeld om het bedrijf in haar goede naam te raken en zetten het in een zeer negatief daglicht. De posters wekken bovendien de indruk dat het bedrijf ZELF ENIGE BETROKKENHEID zou hebben bij de zogenoemde deportaties, althans het gevoerde overheidsbeleid aangaande de uitzetting van vluchtelingen.” Het leggen van het verband mag dus niet want het bedrijf heeft geen betrokkenheid. Maar wacht even…: bedrijf bouwt gevangenis -> staat sluit mensen erin op -> opsluiting verzekert deportaties. Hoezo geen verband? En: als het ‘uitzetbeleid’ zo humaan is, wat is er dan zo erg aan dit verband en deze betrokkenheid? Ofwel: blijkbaar is het beleid zo vreselijk dat je er maar liever niet mee geassocieerd wilt worden en dan maar aangifte gaat doen van smaad als het uitlekt dat je er wat mee te maken hebt… Uit de uitspraak: “Het Hof merkt in dat verband op dat de strekking van de in de posters gebruikte bewoordingen, waaronder met name het woord ‘deportaties’, moet worden bezien in het licht van het laatste woord van de verdachte ter terechtzitting zowel in eerste aanleg als in hoger beroep waarin zij zeer uitvoerig en in niet voor misverstand vatbare bewoordingen protesteert tegen het overheidsbeleid op dit gebied als zodanig. In het licht van het voorgaande acht het hof een inbreuk op de vrijheid van meningsuiting van de verdachte door de overheid gerechtvaardigd ter bescherming van de belangen van de aangever. Het hof is dan ook van oordeel dat er een DRINGENDE maatschappelijke behoefte is voor een VEROORDELING alsmede dat de BEPERKING van de UITINGSVRIJHEID in de gegeven omstandigheden NOODZAKELIJK is in een democratische samenleving.” Het is dus heel “dringend” om mensen de mond te snoeren wanneer zij protesteren tegen overheidsbeleid dat kinderen met hun ouders om zes uur ’s morgens van hun bed licht om hen weken later afzonderlijk en geboeid op het vliegtuig naar Afghanistan te zetten, zoals bij de familie Zarifi gebeurde. Het is “noodzakelijk” dat de “uitingsvrijheid” moet “beperkt” worden, want de “belangen van de aangever” moeten beschermd worden. De rechtstaat is er ter bescherming van het kapitalisme, het is andermaal duidelijk.

Anarchistische Anti-deportatie Groep Utrecht in Gerechtshof: Bouw deportatiegevangenis “core business” Bouwbedrijf de Vries en Verburg (AAGU)