“Waarom toch altijd weer die Wilders?”

Brievenbuspisser Lucassen, een lid van Wilders' team
Doorbraak- en Wilders Sluit Ook Jou Uit-activist Mathijs van de Sande leverde op de Dag van de Solidariteit een bijdrage aan de workshop “Actie organiseren van onderop”. Een aantal overwegingen van Van de Sande naar aanleiding van die workshop.

“Waarom toch altijd weer die Wilders? Zouden we niet beter zelf zo min mogelijk aandacht aan deze man besteden?” Ik heb zojuist op de Dag van de Solidariteit in Amsterdam een korte introductie gehouden over onze ervaringen met de lokale actiecampagne Wilders Sluit Ook Jou Uit (WSOJU). Een mevrouw in het publiek stelt me deze voor de hand liggende, maar daarmee niet minder terechte vraag. En inderdaad: een deel van het publiek knikt instemmend. Ook tijdens andere workshops wordt meerdere keren hardop de vraag gesteld waarom we ons toch zo op Wilders zouden moeten concentreren. Moeten we onze agenda laten bepalen door deze populistische racist? Of zouden we meer van onze eigen kracht uit moeten gaan?

Een eerste antwoord op deze vraag is gelegen in het verloop van de workshop waar ik samen met Willem Bos (namens het Steuncomité Sociale Strijd uit Amsterdam) plaats heb genomen in het discussiepanel. Deze workshop gaat namelijk helemaal niet over Geert Wilders en de PVV, maar over de vraag hoe lokaal oppositionele politiek van onderop te organiseren. In de discussie achteraf domineert Geert Wilders echter inhoudelijk het debat. WSOJU is immers een lokale campagne die juist zeer doelbewust zoveel mogelijk expliciet aan Wilders en de PVV probeert te refereren. Daarmee volgt deze campagne dus een strategie die – zacht gezegd – niet door al onze linkse medestanders van harte wordt ondersteund. Volgens critici zou een dergelijke aanpak namelijk alleen maar kunnen bijdragen aan de bekendheid en daarmee – zo wordt aangenomen – de populariteit van Geert Wilders en zijn PVV.

Dit laatste laat zich snel door anderen in de zaal weerleggen. We zouden onszelf als (buitenparlementair) links namelijk flink overschatten als we zouden aannemen dat het succes van de PVV überhaupt substantieel kán afhangen van onze eigen politieke invloed. Maar ook als het aanhoudende refereren aan Wilders ons minder direct zou tegenwerken dan sommige mensen vrezen, blijft de vraag: waarom zouden we dat zo graag willen? Zijn we het onderhand niet beu om het de hele tijd over Wilders te hebben?

“Nee”, zo zou ons antwoord moeten luiden als we eerlijk zijn. “Nee, we zijn het verre van beu om over Wilders te praten.” Alleen al het feit dat een workshop over lokaal organiseren grotendeels uitdraait op een discussie over de PVV en wat hiertegen te doen, bevestigt deze constatering. Net als zoveel anderen in onze samenleving hebben we het zelfs gráág over Wilders, ook als we vinden dat we het er eigenlijk niet over zouden moeten hebben.

In plaats van dit te ontkennen, zou links van haar zwakte ook haar kracht kunnen maken. Als de PVV nu eenmaal een van de meest besproken politieke thema’s is, waarom zouden we daar dan niet juist handig op inspringen? Uiteraard hebben wij veel meer te bekritiseren dan Wilders alleen. Wat ons betreft moet het verzet tegen de PVV een links verzet zijn, geen a-politiek anti-racisme dat CDA- en VVD-prominenten moeiteloos kunnen onderschrijven. Het toenemende racisme, de groeiende kloof tussen arm en rijk, de stelselmatige uitpersing van uitkeringsgerechtigden, arbeiders, studenten, etc., etc.: al deze thema’s liggen wel degelijk in elkaars verlengde, en zullen dus door links uitdrukkelijker met elkaar in verband moeten worden gebracht. Waarom dan alles relateren aan Wilders? Simpelweg: omdat het werkt! Omdat de naam “Wilders” bij velen de oren doet spitsen, omdat “Wilders” nu eenmaal een begrip op zich is. En omdat Wilders zelf een compleet vertekend beeld van het door hem bepleitte beleid presenteert, en hij zich een sociaal masker heeft aangemeten. Kritische CDA- en VVD-stemmers zullen we moeten vertellen dat het door hun partijen uitgevoerde beleid eigenlijk gewoon het beleid van Wilders is (en wat zegt dat over hun eigen partij?). PVV-stemmers die zich tot een proteststem hebben laten verleiden, moeten we ervan doordringen dat Wilders altijd vrijwel kritiekloos het beleid van rechts, dat ons nu zo in de nesten werkt, fanatiek heeft ondersteund of zelfs eigenhandig heeft geformuleerd. Gematigd links zullen we ervan moeten overtuigen dat de verrechtsing nu eenmaal wél grotendeels op het conto van Wilders is te schrijven, en dat het misschien tijd wordt de legitimiteit van zijn standpunten in twijfel te trekken, in plaats van deze voortdurend ongevraagd te bevestigen.

We moeten het dus juíst over Wilders hebben! Maar we moeten dat wel in onze eigen politieke terminologie doen: waar nu de discussie over de PVV nog altijd te veel wordt ontweken, terwijl tegelijkertijd het politieke discours – ook bij links – wel degelijk volledig door rechts wordt gedomineerd, moeten we juist over rechts spreken en denken op onze eígen manier.

We gaan het beestje bij de naam noemen, juist omdat we alleen zó van onze eigen kracht kunnen uitgaan: het rechtse kabinet ís een marionettenkabinet van Geert Wilders. De verrechtsing en het toenemende racisme ís voor een aanzienlijk deel te wijten aan de wijze waarop Wilders het politieke debat weet te framen. Wie de VVD en het CDA op de korrel wil nemen, kán nu eenmaal niet om Wilders heen.

Hoe hangt deze discussie nog samen met lokaal organiseren van onderop? Op het eerste gezicht is het verband tussen lokaal verzet en een thematische concentratie op een ‘groot’ thema als Wilders inderdaad niet vanzelfsprekend. Maar als wij over politiek willen denken en praten op een manier die direct aansluit bij onze ervaringen, dan zullen we deze nationale thematiek juist moeten weten te herleiden tot het niveau waarop wij onze strijd vorm moeten gaan geven: onze eigen, directe leefomgeving. Wilders hééft iets te maken met de hoogte van jouw collegegeld. Wilders hééft een grote invloed op de criminalisering van jouw buurjongen die geen verblijfsvergunning kan krijgen. Wilders ís medeverantwoordelijk voor het feit dat je baan momenteel op de tocht staat, terwijl de baas zich exorbitant hoge bonussen blijft toeschuiven. Wilders kiest ervoor om te bezuinigen op sociale huurwoningen, terwijl hij de villasubsidie in stand wil houden. Dat jouw kinderen geen betaalbare woning kunnen vinden, terwijl er bakken gemeenschapsgeld verdwijnt in de miljoenenvilla’s van de allerrijksten, is een politieke keuze die momenteel met name door Wilders wordt gemaakt.

Eigenlijk hebben we het zodoende allang niet meer over Wilders, maar over “Wilders”: niet de persoon, maar het fenomeen. Niet de politieke agenda, maar een politiek discours. Niet de leider van de PVV, maar het asociale beleid van rechts in brede zin. Wilders is een racistisch, misselijk mannetje die vroeg of laat wel weer van het politieke podium zal verdwijnen. “Wilders” is het politieke verschijnsel waar wij vandaag de dag tegen zullen moeten strijden, ook als Wilders zelf allang plaats heeft gemaakt voor de volgende racistische opportunist (en we “Wilders” wellicht door diens naam kunnen vervangen). De enige manier om in de toekomst niet meer van “Wilders” te hoeven spreken, is door hem nu centraal te stellen in onze politieke strijd: Wilders Sluit Ook Jou Uit!

Mathijs van de Sande