Hongerstaking en ondersteuningsacties gaan ondanks staatsrepressie gewoon door

Solidariteit met de hongerstakers.
Solidariteit met de hongerstakers.

Al veertien dagen is er elke dag een lawaaidemonstratie op de stoep van de illegalenbajes in Rotterdam, waar moedige vluchtelingen nu al sinds 1 mei een hongerstaking houden. Woordvoerder en dorststaker Sayam Udin Nessar is dan wel vrijgelaten, maar de andere hongerstakers gaan gewoon door. Op de website van Occupy Rotterdam en de Werkgroep Deportatieverzet valt het laatste nieuws te lezen over deze strijd waarbij vluchtelingen letterlijk hun eigen leven in de waagschaal stellen.

Tijdens de hongerstaking is er elke dag om 15:00 uur een lawaaidemonstratie bij de Rotterdamse illegalenbajes. Die ligt aan de Portelabaan 7, bereikbaar met bus 33 vanaf Rotterdam Centraal.

Afgelopen vrijdag, toen de demonstranten eerder dan gebruikelijk al aanwezig waren bij de gevangenis, zagen zij een groepje bewakers “met helmen en ander materiaal bij zich” die “in snelle pas” naar de bajes liepen. Vermoed werd dat het hier om het Interne Bijstandsteam (IBT) ging. Die interne gevangenisknokploeg wordt ingezet om onrusten in bajessen met geweld de kop in te drukken. Dat ze niet vies zijn om daarbij flink uit te halen met de wapenstok, ook in situaties dat gevangenen zelf helemaal geen geweld gebruiken, werd in 2009 ook al duidelijk, toen de staat een hongerstaking en zitactie in detentiecentrum Schiphol door grof geweld probeerde te breken.

Op zaterdag zagen demonstranten van Occupy Rotterdam “drukgebarende vluchtelingen achter de ramen. Dit was, vergeleken met de afgelopen dagen, afwijkend gedrag van de vluchtelingen. En er stonden nu ook veel meer vluchtelingen achter de vele ramen. Ze wilden de actievoerders nadrukkelijk iets duidelijk maken. Iets ernstigs. Al snel werd duidelijk dat er geweld is geweest. Een man maakte dit helder door het tonen van zijn rug en zijn arm in een mitella. Sommigen grepen naar hun keel, die ze afsloten. Via het tonen van levensmiddelen en met afwijzende vingers communiceerden de mensen dat het hier hongerstakers betrof. Armen en handen als vastgebonden in handboeien, vuisten als in een vechtpartij vertelden het verhaal van de opstand. Er werd gewezen op een bewaker in hun midden, een bewaker waar ze blijkbaar op goede voet mee staan, als zijnde de partij die zou hebben toegeslagen. Of mogelijk dan het IBT. En vingers wijzend naar de benede verdieping, de plek waar de hongerstakers nu zouden verblijven.” Uit de gebaren van de vluchtelingen werd de activisten duidelijk dat “niet 10 maar meer dan 25, mogelijk zelfs nog meer mensen op dit moment op de begane grond gevangen worden gehouden”.

Een van de opgesloten vluchtelingen belde zaterdag de Werkgroep Deportatieverzet en vertelde over mishandeling door bewakers op donderdag: “Ze kwamen binnen en zeiden: ‘jij moet in isolatie, want je hebt zelfmoordneigingen.’ Ik zei dat ik dat niet wilde. ‘Nee, je moet naar de isolatie’, zeiden ze. Ik weigerde weer. Toen duwden ze me op de grond en sloegen me op mijn arm en op mijn rug. Nu [zaterdag] heb ik veel pijn. Ik ging naar de medische dienst, ik kreeg een paracetamol.” Vertrouwensarts Elcke Bonsen hekelde zaterdag in Nieuwsuur dat zij voortdurend wordt tegengewerkt om de hongerstakers bij te staan. Ook vertelde ze dat honger- en dorststaker Bah is mishandeld door het IBT omdat hij met de pers gepraat zou hebben over omkoping van Guinese ambtenaren door Nederland. In ruil voor een lui-lekker-vakantie in Nederland zouden de Guinese ambtenaren vervalste papieren afgeven, waarmee de Dienst Terugkeer en Vertrek illegalen probeert uit te zetten. Dat soort vuile praktijken mag van de staat natuurlijk niet naar buiten komen, en dus wreken ze zich op de vluchteling waarvan ze denken dat hij de bron is.

Het plaatsen in koude isoleercellen, het dreigen met dwangvoeding, iets dat door internationale organisaties terecht als marteling wordt gezien, het aan alle kanten tegenwerken van de vertrouwensarts, en nu het in elkaar slaan van vluchtelingen door de staatsknokploeg, het past allemaal naadloos in de strategie van de staat om de vluchtelingen onder druk te zetten om hun protest op te geven. Waarbij al deze tactieken natuurlijk feilloos bewijzen hoe meedogenloos de staat zich opstelt, niet alleen nu, maar voortdurend, richting mensen wier ‘misdaad’ slechts bestaat uit het wensen van een leven in veiligheid, en met bestaanszekerheid. Mensen waarvan velen een gezin in Nederland hebben, waarvan ze nu zijn afgesneden door de hoge muren van de staatsrepressie. Nu de hongerstaking telkens weer in het nieuws is, en het topje van de ijsberg van het smerige optreden van de overheid zichtbaar wordt, krijgen de betrokken bewindslieden behoorlijk maagpijn. Verantwoordelijk staatssecretaris van Justitie Fred Teeven voelde zich zelfs gedwongen om afgelopen woensdag bij Pauw en Witteman te komen beweren dat hij helemaal niet bang voor de hongerstakers is.

Ook de demonstranten hebben last van de staatsrepressie. Toen zij zich op donderdag verzamelden voor het detentiecentrum, werd hen door de marchessausee te kennen gegeven dat ze niet onder de overkapping mochten schuilen voor de regen, omdat er sprake zou zijn van “openbare orde verstoring”. Toen de activisten dat belachelijke bevel niet wilden opvolgen, werden twee van hen gearresteerd. Na twee uur “bleek” de arrestatie onrechtmatig en werden ze weer op straat gezet. Natuurlijk toen de ondersteuningsactie al lang weer was afgelopen. Op zondag 12 mei was er ook al een actievoerder opgepakt vanwege het tekenen van een muurbloem met stoepkrijt. Het is duidelijk dat de staat de deelnemers aan de demonstraties zo probeert te ontmoedigen. Natuurlijk is dat niet te vergelijken met de ontzettende repressie die de vluchtelingen binnen te verduren hebben. Maar het is wel van belang, omdat juist de aanhoudende lawaaidemonstraties de vluchtelingen telkens weer vertellen dat ze niet zijn vergeten door de mensen buiten. En dat is een enorme steun voor de mensen binnen en draagt bij aan hun kracht om met hun moedige protestactie door te gaan.

Mariët van Bommel