Ik ben het beu om te doen alsof het allemaal wel meevalt

Na de pis, de hondendrol, de vliegende pinten, en al de rest, is dit de tijd in mijn leven waarin ik mij het racisme het hardst aantrek. Het deksel is van de beerput en de shit vliegt in het rond. En ik word stilaan wat ik nooit ben geweest en nooit wilde zijn: boos, achterdochtig, bitter soms. Ik voel dat ik geen geduld meer heb voor hen die het niet willen snappen. Dat ik het beu ben om te doen alsof het niet zo erg is, dat het wel meevalt allemaal. Dat ik me dooderger als ik weer eens een mening over Zwarte Piet moet aanhoren van een goedbedoelende blanke kennis. Dat ik opeens wél begrijp waarom mijn zus en zovele getalenteerde, gediplomeerde mensen die ik ken naar Londen en verder vertrekken, waar je niet constant aan je huidskleur wordt herinnerd en je kansen op een job niet rechtstreeks gelinkt zijn aan je naam. Daarom schrijf ik dit: niet om aandacht te trekken of medelijden of wat dan ook, maar als tegengif voor mijn eigen frustratie. Het is tijd voor actie, er moet nu iets gaan gebeuren. Want als ik al zeg dat mijn emmer bijna vol is, dan sta ik niet in voor wat er kookt en kolkt vanbinnen bij de vele allochtonen in dit land die niet zoveel geluk hebben gehad als ik. Die geen fijne jeugd bij fijne ouders en met fijne vrienden hebben gehad. En geen oervlaamse achternaam en achtergrond. Als wij als maatschappij de dialoog over racisme niet opentrekken en de mensen die getroffen worden door racisme niet mee uitnodigen aan de gesprekstafel, dan zal dat serieuze gevolgen hebben. Als we blijven doen alsof racisme in Vlaanderen best wel meevalt en we toch niet moeten overdrijven, dan zal dat serieuze gevolgen hebben. Als we de groeiende, terechte, verontwaardiging van zovelen blijven afdoen als ‘excuses zoeken’, dan zal dat serieuze gevolgen hebben. Als we op tv, en voor de klas en in de krant steeds dezelfde blanke gezichten zien, ongeacht het onderwerp en het publiek, dan zal dat serieuze gevolgen hebben. Onze maatschappij is superdivers, en dat zal ze blijven.

Dalilla Hermans in Ik ben het beu om te doen alsof het allemaal wel meevalt (Dewereldmorgen)