Nijmeegse activisten in actie tegen ABN Bank: haal het geld waar het zit!

Closeup van een poster over het onderwijs.

Activisten in Nijmegen hebben dit weekend de ABN AMRO aan het Keizer Karelplein beplakt met posters om te protesteren tegen de enorme bedragen gemeenschapsgeld die gebruikt zijn om falende banken als de ABN AMRO te redden, terwijl er tegelijkertijd zwaar bezuinigd wordt op sectoren als onderwijs, zorg, kunst en ontwikkelingssamenwerking.

De activisten hebben de Doorbraak-campagne “Waar zit het?” opgepakt. Doorbraak roept mensen op om posters te plakken op plekken waar wél veel geld zit. Wij willen de fabel doorprikken dat er zwaar bezuinigd moet worden op collectieve voorzieningen. Zo sluiten we aan bij het groeiende protest tegen het voortdurende falende beleid van banken.

Een groeiende groep mensen krijgt te maken met armoede als gevolg van de zogenaamd noodzakelijke bezuinigingen en worden zo slachtoffer van een crisis die zij niet veroorzaakt hebben. Er is geld genoeg voor iedereen, maar de rijken laten liever de gemeenschap opdraaien voor de puinhoop die ze er zelf van gemaakt hebben. 30 miljard gemeenschapsgeld om de ABN AMRO te redden en daarna nog bonussen opstrijken ook! Het land wordt uitgekleed om een rijke kliek rijker te maken. Doorbraak roept iedereen op zich aan te sluiten om dit zieke systeem een halt toe te roepen.

Waar zit het? Bij de ABN!

30 miljard kostte de staatsovername van ABN en Fortis. Geld dat naar onderwijs had gekund, naar de zorg, kunst, ontwikkelingshulp, of andere doelen waarop de laatste jaren grof bezuinigd werd. Maar in plaats daarvan stak men deze miljarden liever in het redden van falende banken.

Rijtje posters.

Op 11 april dit jaar presenteerde een parlementaire enquêtecommissie haar bevindingen over deze en andere “noodmaatregelen” die onder het kabinet Balkenende IV waren getroffen. Die commissie concludeerde wat we allemaal al lang wisten: bevolking en parlement waren te laat en onvolledig geïnformeerd over dit miljardenverkwistende beleid. Er was helaas geen tijd om de uitgave van die tientallen miljarden aan parlement en stemmers voor te leggen, zo verdedigde toenmalig minister van Financiën Wouter Bos zich. Natuurlijk kon hun beleid kritisch getoetst worden. Maar dan wel achteraf, lang nadat de schade geleden was. Democratie en crisis verdragen elkaar nu eenmaal niet zo goed, zo vonden Bos en Balkenende klaarblijkelijk.

Het probleem met ons economisch stelsel is dat waar de samenleving nooit echt kan winnen, de banken, aan de andere kant, nooit zullen verliezen. Zolang er geld is, rekenen de bankbestuurders zich rijk. En zodra dat geld er niet is, dan legt de gemeenschap wel bij, uit angst voor een onbedwingbare economische crisis. Zo kunnen de banken zichzelf – desnoods met behulp van chantagetrucs – blijven verrijken. Dat bleek maar weer eens toen de topbankiers van de ABN zich ook kort na de staatsovername doodleuk een dikke bonus wilden uitkeren. Ook de top van de ING-bank, die van Bos een kapitaalinjectie van een slordige 10 miljard had mogen ontvangen, zag geen reden om zich ondanks de barre tijden en het eigen falen voor tientallen miljoenen te “belonen”. Ze hadden het immers, gezien de omstandigheden, niet zo heel slecht gedaan, vonden ze zelf.

Op de muur.

Met slappe richtlijnen, een incidenteel tikje op de vingers, of een nietszeggend “herenakkoord” probeert men in Den Haag de stemmer tevreden te houden. Ondertussen dweilen ze doelbewust met de kraan open. Men heeft het over een “graaicultuur” en over “buitensporige beloningen”, maar leidt daarmee af van waar het echt om gaat: dat onder onze ogen op systematische wijze een misdaad wordt begaan, die zich niet als incident of buitensporigheid laat omschrijven.

Want ondertussen gaat men door om de kas van de rijken met ons gemeenschapsgeld te spekken. Dat geld moet natuurlijk ergens vandaan komen, en dus wordt ons onderwijs te grabbel gegooid, wordt ons de sociale zekerheid ontnomen, en wordt de zorg omgevormd tot een geldbeluste bedrijfstak. “De crisis” lijkt zo vooral een toverwoord dat de rijken in staat stelt eindelijk schoon schip te maken. Na hun misdaad jarenlang voorbereid te hebben met desastreuze privatiseringen en nietsontziende vercommercialisering, dienen zij de laatste publieke voorzieningen en sociale verworvenheden de genadeslag toe. Vol enthousiasme worden ze daarbij ook in het parlement gesteund: nog altijd staat “herverdeling” hoog op de politieke agenda – maar dit keer betreft het een herverdeling van de armen naar de rijken.

En zo verder…

Ons wordt ondertussen verteld dat we er ons niet mee moeten bemoeien. We begrijpen de economie niet, we weten niet waar we het over hebben, we kunnen ons niet voorstellen hoe moeilijk het is om internationaal te moeten concurreren. Wat er precies bij een bank als de ABN gebeurt, gaat ons verstand te boven. Bij de druk en verantwoordelijkheden waaronder deze veelverdieners gebukt gaan, kunnen wij ons niets voorstellen. Hoe denken wij nu te kunnen weten of zo’n topbestuurder die miljoenen wel of niet verdiend heeft?

Maar we begrijpen heel goed hoe de vork in de steel zit. We zien hoe de rijken niets inleveren, terwijl wij steeds minder hebben. Hoe rechts met steun van zogenaamd “sociale” partijen als GroenLinks of de PVV steeds verder gaat met het legitimeren van inkomensverschillen en sociale afbraak.

De steeds groeiende kloof tussen arm en rijk is niet ingewikkeld en abstract. De onrechtvaardigheid van dit economische en politieke systeem dringt zich dagelijks aan ons op. Op straat, op het werk en op de tv worden we voortdurend geconfronteerd met ongelijke kansen en scheve welvaartsverhoudingen. We weten dat er geld genoeg is voor iedereen.

Dus als er meer geld nodig is, dan zullen we het moeten halen waar het zit. En dat is niet bij de zorg, in het onderwijs, sociale voorzieningen, ontwikkelingssamenwerking, of kunst/cultuur. Maar wél bij banken als de ABN AMRO. Dáár zit het geld, dáár moeten we het halen.

Doorbraak

Over de zorg.
Over onze sociale voorzieningen.
Over onze pensioenen.