Apeldoornse dwangarbeiders toen en nu

In Apeldoorn komt, zo berichtte de Stentor op 11 maart jongstleden, vóór 17 april – de dag waarop Apeldoorn in 1945 bevrijd werd van de Duitsers – een replica van het beeld waarbij, in een zuil van het stadhuis, jaarlijks wordt herinnerd aan de gedwongen tewerkstelling van Apeldoornse mannen door de toenmalige bezetter in arbeidskamp Rees vlak over de grens bij Kleef na de razzia van 1944 in Apeldoorn, waarbij deze mannen werden opgepakt (…) Tegelijk echter ook wel erg hypocriet waar het de gemeente Apeldoorn aangaat. Want evenals de Duitse bezetter in de oorlog stelt deze gemeente, als zoveel andere Nederlandse gemeenten onder de Participatiewet en haar recente voorgangers, immers ook zelf mensen – en niet alleen mannen trouwens – gedwongen onbetaald (‘met behoud van uitkering’) te werk, en wel als zogenaamde ‘tegenprestatie’ voor een bijstandsuitkering. Zij heeft hiervoor zelfs een, iets wat in onberispelijke newspeak ‘Activerium’ heet, opgericht, een gemeentelijk dwangarbeidscentrum. Ook worden bijstandsontvangers verplicht te werk gesteld in wat voor kort de sociale werkplaats was. Extra wrang voor deze nieuwe Apeldoornse dwangarbeiders: deze keer worden zij niet gedwongen tewerkgesteld door een bezettingsmacht, maar door hun eigen overheid, die lak heeft aan internationale mensenrechtenverdragen. Voor schendingen daarvan worden alleen regimes van vroeger en in Verweggistan op de vingers getikt.

Louis van Overbeek in Apeldoornse dwangarbeiders toen en nu (Historiek)