De inboorling
Muskiet is volledig in de Nederlandse samenleving geïntegreerd. Hij heeft een baan en een Nederlandse vriendin. Zijn moeder woont in een bejaardenhuis en krijgt daar te maken met het racisme van de andere bewoners, witten. Muskiet neemt haar klachten echter niet serieus en denkt dat ze aan het dementeren is. Na haar overlijden vindt hij tussen haar spullen zijn overgrootvaders brieven. Hij ontdekt een verleden waar hij niets van af weet en eigenlijk ook niets van af wil weten. Zijn moeder heeft hem altijd voorgehouden dat hij zich netjes moet aanpassen aan de Nederlanders en de Nederlandse samenleving. Toen hij naar de basisschool ging, waarschuwde ze hem er nog wel voor dat de Nederlanders bang voor hem zouden kunnen zijn, want er woonden toen nog niet veel Surinamers in Nederland.
Grootvader Boksteen is een vrijgelaten slaaf. Hij probeert een eigen bestaan op te bouwen en zijn twee vrouwen en kinderen te onderhouden. Hij mag dan zijn vrijgelaten, maar echt vrij voelt hij zich niet. De Nederlanders bepalen nog steeds zijn leven. Zo maken priesters hem wijs dat Jezus het niet toestaat om van twee vrouwen tegelijk te houden. Op een gegeven moment wordt hij samen met 27 andere Surinamers meegelokt naar Amsterdam. Ze zouden koning Willem III mogen gaan bedanken voor hun bevrijding van de slavernij. Veel Surinamers zagen de koning destijds als hun persoonlijke bevrijder, waardoor een langdurige historische band met het Nederlandse koningshuis is gegroeid. De 28 Surinamers worden echter tentoongesteld aan de Nederlanders en Willem III kijkt bij de openingsceremonie niet naar hen om. “De inboorling” is een boek om in één ruk uit te lezen. Akkerman zet zijn lezers aan tot nadenken over de koloniale geschiedenis en het racisme tegenover de vrijgelaten slaven.
“De inboorling”, Stevo Akkerman. Uitgeverij: Nieuw Amsterdam, € 16,50. ISBN: 97890468805428.
Roel Nagel