Malcom Ferdinand over het “antropoceen”: het schuitje waarin we allemaal samen zitten is een slavenschip

Maar het idee van een antropoceen houdt geen rekening met de verschillende mate waarin mensen en gemeenschappen het klimaat beïnvloeden. Niet ieder mens draagt evenveel bij aan de verandering van de aarde, en niet ieder stuk natuur loopt evenveel gevaar. Het zijn voornamelijk witte, mannelijke, christelijke Europeanen geweest die ten koste van planten, rivieren, varkens, vrouwen en geracialiseerde mensen hun zakken vulden. De term “antropoceen’ verhult wat er in het ruim van de ark gebeurt: wie daar gevangen worden gehouden en wie op het dek de meesters van de ark zijn. Ook in de metafoor van Serres lijkt het alsof iedereen op het planetaire schip de sociale hiërarchie accepteert. Vandaar dat Ferdinand naast de metafoor van de ark de metafoor van het slavenschip gebruikt. Vanaf de moderniteit, die volgens Ferdinand begint met de aankomst van Columbus in de Amerika’s in 1492, is de witte mens als “blanke” ook tegenover andere “rassen” komen te staan. De uitputting van de aarde door middel van grootschalige monocultuur in de kolonies ging hand in hand met de ontwikkeling van een strikte rassenideologie die slavernij legitimeerde. Een dekoloniale ecologie moet volgens Ferdinand daarom niet alleen proberen zoveel mogelijk dieren aan boord te krijgen, zij moet ook het selectieproces van de ark bevragen. Wie beslist wie aan boord mag en wie we laten verdrinken? En wie beslist wie er op het dek van de zon mag genieten en wie er in het ruim moet verpieteren?

Esha Guy Hadjadj in Marronage als ecologisch en dekoloniaal verzet: een interview met Malcom Ferdinand (Nederlandseboekengids.nl)