Meldpunt Islamofobie publiceert heftig rapport

Op 8 januari 2015, een dag na de aanslag op Charlie Hebdo, werd een 21-jarige Haagse gesluierde moslima op klaarlichte dag in haar gezicht geslagen door een man van middelbare leeftijd. “Kankerverwekkend wijf dat je bent! Oprotten uit mijn land!”, schreeuwde hij. In de dagen daaropvolgend bleek dat dit niet zomaar een incident was. Over het hele land werden moslims belaagd en mishandeld. Dit was de aanleiding voor het ontstaan van Meld Islamofobie: een nationaal, onafhankelijk meldpunt dat islamofobische meldingen verifieert, rapporteert en monitort. Onder islamofobisch geweld verstaat de organisatie: fysiek, verbaal of non-verbaal geweld richting mensen, louter om hun islamitische achtergrond. In de twee weken sinds de nieuwe aanslagen in Parijs op 13 november, ziet Meld Islamofobie opnieuw een piek in islamofoob geweld. De organisatie heeft sinds die datum 22 meldingen binnen gekregen en de meldingen blijven binnenstromen. Uit het onlangs verschenen rapport blijkt dat de meeste islamofobe incidenten (87 procent) overdag en in de openbare ruimten plaatsvonden, zoals op straat, in supermarkten, bij benzinepompen en in het openbaar vervoer. Hoewel er vaak omstanders waren (in 71 procent van de gevallen), greep in 80 procent van de gevallen niemand in. Het slachtoffer was meestal alleen (67 procent). In 11 gevallen had het slachtoffer minderjarige kinderen bij zich.

In Meldpunt Islamofobie publiceert heftig rapport (Wijblijvenhier)