Wat zien die Nederlandse mediamensen toch in Ayn Rand?

Ayn Rand.
Ayn Rand.

Rechtse liberalen en libertariërs zien haar als heldin. In linkse kringen wordt ze zowat als het ergste kwaad beschouwd. Als ‘moeder van het neo-liberalisme’ was de Amerikaanse schrijfster Ayn Rand vooral in Amerika beroemd, maar de laatste jaren hebben haar boeken en denkbeelden ook steeds meer bijval gekregen in Europa. Maar wat halen lezers uit haar boeken? Wat staat er eigenlijk in? Is ze wel echt voor wie ze wordt uitgemaakt? Hier een naïeve recensie van haar boek “The Fountainhead”, in het Nederlands vertaald als “De eeuwige bron”. Los van enige context en analyse van haar andere boeken en artikelen. Wel als poging om te begrijpen waar haar populariteit, ook in Nederland, nu precies vandaan komt.

Oppervlakkig gezien beschrijft de roman een verhaal van een architect die gaat voor zijn eigen ideeën, die zijn eigen doelen stelt, zonder zich daarbij ook maar iets aan te trekken van andere mensen. Het maakt Howard Roark, de grote held van het verhaal, niet uit dat hij van de universiteit wordt gestuurd, dat hij geen contracten krijgt toegewezen als zelfstandig architect, dat hij in een steengroeve moet werken om zijn brood te verdienen. Het enige dat hem wel dwars zit, is als mensen zijn strakke modernistische ontwerpen van gebouwen gaan verprutsen met bijvoorbeeld populaire klassieke ornamenten. Daar kan hij niet tegen. Sterker nog, dan gaat hij alles in het werk zetten om dat te voorkomen. Het is een man die leeft voor zijn ideeën. Een purist en een idealist. Een individualist. Maar ook een anarchist.

Vanuit literair perspectief is de roman geen hoogstandje, maar dat zou ook aan de vertaling van Jan van Rheenen van uitgeverij Luitingh-Sijthoff kunnen liggen. Het is te duidelijk dat er een boodschap schuilt achter het verhaal. Een plezier om te lezen is het daardoor zeker niet. Je hebt wel even wat doorzettingsvermogen nodig om de 724 pagina’s door te ploegen. Toch staan er op de achterkant van “De eeuwige bron” een aantal enthousiaste quotes over het boek: “een mentaal wapen”, “het beste boek aller tijden”, “Ayn Rand gaf me kracht” en “nog steeds actueel”. Opvallend is dat het allemaal mediamensen zijn die zich laten citeren: tv-makers, acteurs, presentatoren. Geen politici of filosofen. Is het dan helemaal geen politiek boek? Gaan mensen op iets anders af dan op de politieke lading ervan?

Corrumperen

Waarom vinden mensen het dan toch kennelijk zo’n goed boek dat ze zelf zeggen dat ze het “in één ruk hebben uitgelezen” (Bart van der Veer)? Hoe kan het dat de eerste druk van de Nederlandse vertaling in 1975 werd uitgegeven, de tweede in 1999, maar dat we slechts vijftien jaar later ineens al bij de twaalfde druk zijn aanbeland? Het verhaal heeft kennelijk toch wel iets aantrekkelijks in zich. Het is bovenal een klassiek heldenverhaal van een enkeling die vecht tegen een verrotte wereld, en het straalt ook nog een soort rechtvaardigheid uit: als je maar doorzet, als je je niet laat corrumperen, dan kom je er uiteindelijk wel. Het is op een manier geschreven dat je je wel met de held moet identificeren – bijna alle andere personages worden meer of minder met de grond gelijk gemaakt.

Uiteraard past de individuele strijd van Howard Roark tegen de samenleving perfect in de huidige liberaal-individualistische tijdgeest. Het spreekt ook tot het narcisme van de lezer. Want wie wil zichzelf niet graag identificeren met een pure held? Mocht het bij jezelf even tegenzitten, dan kun je wel troost scheppen uit het boek – misschien is het de samenleving die jouw genialiteit niet begrijpt. Als je het boek zonder enige politieke context leest, dan is het al begrijpelijker dat mensen ermee weglopen. “Dicht bij jezelf blijven of aan andermans verwachtingen voldoen” – zo wordt het centrale vraagstuk op de achterkant samengevat. Het lijkt een apolitiek, persoonlijk verhaal. Het enige dat op dat niveau echt weerzin zou moeten wekken bij de lezers, is toch wel het ‘liefdesverhaal’ dat bestaat uit een samenspel van verkrachting en machtsstrijd. Het is te hopen dat de fans daar dan maar gewoon overheen lezen.

Bobo’s

Maar wat als je er wel met een politiek kader naar kijkt? Het opvallende is dat je ook met een linkse kijk nog best wel wat van Rand kunt opsteken. Dat ligt vooral aan het soort ‘anarchisme’ dat in het radicale individualisme van Rand verscholen ligt. Dat spreekt aan. Ze is net zo fel in haar verering van haar held Howard Roark als in de afkeer, ja zelfs de haat, die ze voelt ten opzichte van de vertegenwoordigers van de mainstream-maatschappij. Met extreme moralistische drift schrijft zij over “tweedehands mensen” die alleen maar napraten wat ze van anderen horen, die geen morele kapstok hebben behalve de maatschappelijke status die ze ontlenen aan hun omgeving, en die daardoor uiteindelijk toch eindigen als een lege huls. Het absolute kwaad schuilt echter in de bonzen, de mensen die het maatschappelijk spel doorzien en dat inzicht gebruiken om hun eigen macht te vestigen. Door middel van verenigingen, borrels en netwerken manipuleren zij de maatschappelijke gang van zaken om te voorkomen dat er echte veranderingen plaatsvinden.

Die afkeer tegen de bobo’s die elkaar de hand boven het hoofd houden, die de ‘goede zaak’ gebruiken om hun eigen positie te beschermen, zou door veel linksen gedeeld kunnen worden. Ook de woede op de media die huichelachtige hetzes organiseren tegen buitenstaanders, die geen kritiek leveren maar juist sensatie verkopen, is herkenbaar. Net als de worsteling met mensen die eigenlijk de potentie hebben om verandering te bewerkstelligen doordat zij wel inzicht hebben in de scheve maatschappelijke structuren, maar die toch toegeven aan de macht en het geld dat zij door hun talenten kunnen krijgen. “De eeuwige bron” heeft niets met grote bedrijven, met monopolisten of met kapitaal. Ook niets met conservatieve beelden van gezin en moraal, en zeker niets met religie in de traditionele zin van het woord. Door al deze aspecten lijkt Rand meer thuis te horen bij linkse individualistische anarchisten van Occupy dan bij de rechtse Tea Party-beweging.

Mensheid

Maar daar blijft het dan toch wel bij. Want uiteindelijk is het duidelijk dat het libertarisme van Rand is doordrongen van een asociaal en irreëel mensbeeld dat niet past bij een linkse visie op de samenleving. De illusie die ten grondslag ligt aan haar individualisme, zoals dat in “De eeuwige bron” tot uiting komt, is dat een mens, ook een held als Howard Roark, absoluut autonoom en zonder enige vorm van steun, samenwerking of genegenheid door het leven kan gaan. Het is de liberale leugen van de ‘self-made man’, van de enkeling die zijn lot helemaal zelf in handen heeft. Voor het feit dat het lot van die enkeling enorm wordt bepaald door zijn of haar startpositie in het leven en wat er verder van buitenaf allemaal op iemand afkomt, van onderwijs tot zorg, is in deze visie geen ruimte. En dat je gezamenlijk kunt vechten voor een beter leven al helemaal niet.

Vanuit deze basisillusie volgt een groot aantal verdere conclusies waar links gelukkig geen boodschap aan heeft. Zo druist “De eeuwige bron” in tegen elke vorm van saamhorigheid. Het boek gaat uit van een puur geloof in de vooruitgang van “de mensheid”, een volkomen abstract idee. Inderdaad is “de mensheid” zowat het enige collectief dat telt voor Rand. Maar dan gaat het niet om de mensen die bij die mensheid horen, maar eerder om de prestaties of de ideeën die boven die mensheid zweven. Die prestaties kunnen dan weer alleen door de briljante enkeling worden volbracht. Als Rand zou moeten kiezen tussen een wereld waar iedereen gemoedelijk met elkaar samenleeft en geen bijzondere prestaties verricht, en een wereld waarin strijd, ellende en competitie de boventoon voeren en waarin een enkeling wel eens iets bijzonders volbrengt, dan zou zij elke keer voor de tweede optie gaan. Het is ook duidelijk dat er in de wereld van “De eeuwige bron” veel minderwaardige mensen bestaan, en wel twee soorten: de armen (maar daar maakt Rand weinig woorden aan vuil) en de eerder genoemde “tweedehands mensen”. Het enige dat telt, is dat er ook helden zijn, zoals Howard Roark, die de mensheid verder brengen.

Celebritycultuur

Zo kunnen we haar visie uiteindelijk toch niet serieus nemen, al zitten er een aantal interessante aspecten aan. Interessant is bijvoorbeeld dat Rand haar pijlen toch vooral richt op de “machtmensen”, niet op de machtelozen. Daar heeft zij juist helemaal niet zo veel over te zeggen. Er zit ook tegen mijn verwachting in geen uitgesproken racisme in het boek. Dat schijnt in sommige andere publicaties van Rand wel anders te zijn, maar hier valt het dus mee, al zal het geen toeval zijn dat haar held een witte man is. Op een bepaalde manier is het dan ook begrijpelijk dat de roman door velen kennelijk als een apolitiek verhaal wordt gelezen – wel doordrenkt met moraal van de “eigen kracht” en het “dicht bij jezelf blijven”, maar zonder verdere maatschappelijke relevantie.

Wat ik me dan toch afvraag, is niet zozeer waarom Rand door linksen wordt verafschuwd – er zit genoeg in het boek om dat te begrijpen – maar wel waarom rechtse conservatieven zo met haar weglopen. Afgaand op dit boek (en dat is misschien dan toch weer naïef), worden haar ideeën geïnstrumentaliseerd door mensen die er eigenlijk geen kaas van hebben gegeten. In zijn pure vorm zitten er zoveel tegenstrijdigheden in dat je er eigenlijk niet echt in kunt geloven. Hoe kan het bovendien dat conservatieve christenen in Amerika achter een mensbeeld staan waarin verkrachting de basis van liefde vormt en waarin mensen uiteindelijk geen betekenisvolle verbintenis met elkaar aan kunnen gaan? Het lijkt wel alsof Howard Roark nooit ouders heeft gehad, en kinderen zou hij ook niet kunnen krijgen. Ook de apolitieke opvattingen van de bekende Nederlanders op de achterkant van het boek zijn nogal tegenstrijdig: de celebritycultuur van de huidige media is zeker iets waar Rand van zou walgen. Het gaat daar immers juist alleen maar om het handige manoeuvreren in een sociale context, in plaats van het uitventen van originele ideeën.

Toch kan ik me voorstellen dat mensen individueel kracht uit het boek scheppen. Het idee dat de waardering van anderen niet bepaalt hoe waardevol je leven is; dat je ook je eigen waarden kunt nastreven en “succes” ook zelf kunt definiëren – dat kunnen allemaal waardevolle lessen zijn. Maar dan voor jezelf, en niet meer dan dat. Bovendien ben je dan wel heel selectief aan het shoppen uit de ideeën die in het boek naar voren komen. Maar dat is nou juist wat iedereen lijkt te doen.

“De Eeuwige Bron. The Fountainhead”, Ayn Rand. Uitgeverij: Luitingh-Sijthoff. ISBN: 9789021015521.

Gerard Zijlstra