Advocaat van anti-kernwapenactivisten geschrapt van tableau na kritiek op rechterlijke macht

Kernwapens in een bunker.
Kernwapens in een bunker.

Op 21 maart heeft de Raad van Discipline advocaat Meindert Stelling geschrapt van het tableau. Formeel omdat de raad vindt dat Stelling zich niet onderwerpt aan haar tucht. Stelling is tegen die uitspraak in beroep gegaan. Daardoor zal de zaak opnieuw behandeld gaan worden door het Hof van Discipline. Dat zal plaatsvinden op 2 september, vanaf 14:00 uur.

Stelling vindt dat de raad buiten haar bevoegdheid treedt door hem aan te spreken op zijn vrijheid van meningsuiting. Die vrijheid is onder andere verankerd in artikel 10 EVRM en artikel 7 van de Grondwet, en die is ook voor advocaten gewoon van toepassing.

Stelling heeft in diverse rechtszaken altijd gehandeld in het belang van zijn cliënten. Die protesteren dan ook met klem tegen zijn schrapping. Hun advocaat wordt monddood gemaakt omdat de rechterlijke macht geen recht durft te spreken tegenover de politiek, en omdat de Orde van Advocaten goede omgangsvormen belangrijker vindt dan het recht zelf.

Onnodig grievend of vrijheid van meningsuiting?

De zaak draait kort gezegd om de stevige bewoordingen die Stelling gebruikt in zijn pleidooien, zoals “collaboratie met de systeemmisdadige voorbereidingen voor nucleaire massamoord van genocidale omvang”, omdat rechters weigeren het mogelijke gebruik van kernwapens te toetsen aan dwingend internationaal recht. Wat hij beweert, onderbouwt hij met argumenten.

De rechters, dekens en de raad vinden zijn uitspraken onnodig grievend,* maar volgens Stelling vallen ze onder de vrijheid van meningsuiting. Er is geen enkele reden om te veronderstellen dat artikel 10 EVRM en artikel 7 van de Grondwet niet zouden gelden voor advocaten. Een advocaat is een burger die zich tegenover de overheid, inclusief de rechterlijke macht, op die bepalingen kan beroepen. Of behoeven advocaten, anders dan andere burgers, geen bescherming in hun vrijheid van meningsuiting?

Volgens het Europese Hof voor de Rechten van de Mens geldt de vrijheid van meningsuiting ook als anderen door opmerkingen verontrust, gekwetst of gechoqueerd worden. Terwijl de politiek bezig is om belediging van een staatshoofd uit het strafrecht te schrappen, is “onnodig grievend” zijn blijkbaar voor de raad nog voldoende reden om een advocaat te kunnen schrappen.

Dat is, behalve zeer onterecht tegenover Stelling zelf, ook uitermate schadelijk voor zijn cliënten. Die raken nu een zeer kundig advocaat kwijt, die blijkbaar niet alles naar voren mag brengen wat in hun belang is.

Je kunt Stelling steunen door deze verklaring te ondertekenen, en door aanwezig te zijn bij de behandeling van het hoger beroep door het Hof van Discipline op vrijdag 2 september, vanaf 14:00 uur, bij de rechtbank, Vrouwe Justitiaplein 1, Utrecht.

Gonnus Doeven

Noot
* Uit deze formulering kan men opmaken dat de Orde van Advocaten ook het concept “nodig grievend” kennen, en dat dat mogelijk wel toegestaan zou zijn. Mocht Stelling zich daadwerkelijk grievend uitlaten, wie mag dan bepalen of dat nodig of onnodig is? En op grond waarvan?