Een nieuw, langgerekt Milgram-experiment

De proefpersonen bonden bij de Milgram-experimenten hun 'slachtoffers' zelf vast aan de elektroshock-machine.
Sinds 1 januari 2004, de invoerdatum van de door Mark Rutte voorbereide nieuwe bijstandswet, moeten ambtenaren van sociale diensten mensen in de bijstand in ruil voor hun uitkering vernederende en veelal zinloze arbeid opleggen.

De bijstandsgerechtigden dienen hun arbeid te verrichten onder voormannen die via het afblaffen van hun slachtoffers en het voortdurend dreigen met strafkortingen nog een schepje bovenop de vernedering doen, en die degenen die weigeren dat allemaal te aanvaarden, korten op hun toch al karige uitkering, waardoor ze steeds verder verstoken raken van de meest elementaire levensbehoeften. Uiteindelijk kan de uitkering zelfs geheel worden stopgezet en volgt huisuitzetting en dakloosheid. Dat soort maatregelen is sindsdien nog verder aangescherpt, en het einde van de groei van de repressie is nog niet in zicht, gezien de huidige bemanning van het ministerie van Sociale Zaken met Henk Kamp en Paul de Krom.

Met deze maatregelen zijn zowel de gemeenteambtenaren als de bijstandontvangers als het ware proefpersonen in een nieuw en zeer langgerekt Milgram-experiment. U weet wel, die gehoorzaamheidstest die begin jaren 60 werd uitgevoerd door de Amerikaanse sociaal-psycholoog Stanley Milgram. Daarbij moesten proefpersonen (fictieve) elektrische schokken toedienen aan andere proefpersonen als die vragen fout beantwoordden. Vrijwel allemaal bleken ze bereid om op aandringen van de proefleider en onder uitschakeling van hun eigen geweten tot het bittere einde te gaan door het voltage van de toegediende schokken steeds verder te verhogen. Tot kennelijk de dood erop volgde.

De nu al jaren lopende neo-liberale aanpak van bijstandsgerechtigden vertoont een duidelijke parallel met het experiment. In beide gevallen is er sprake van een autoriteit en een uitvoerder: bij Milgram de zogenaamde ‘leraar’, in dit geval het ministerie van Sociale Zaken, en daartegenover bij Milgram de ‘leerling’, hier de ambtenaar van de sociale dienst of ‘klantmanager’, zoals die tegenwoordig wordt genoemd. De huidige situatie is niet minder schokkend dan die van het oorspronkelijke experiment: vrijwel geen enkele ambtenaar weigert om de van hem afhankelijke burger te martelen met vernederende arbeid en te onthouden van primaire middelen van bestaan als hem dat door een autoriteit wordt opgedragen. Een eigen mening over het te voeren beleid wordt in het ambtenarenhoofd kennelijk niet gevormd. Bevel is blijkbaar ook buiten het leger nog steeds bevel.

Louis van Overbeek