Een stad vol demonstranten

Milo Schoenmaker.
Milo Schoenmaker.

Waarom het recht om te demonstreren in Gouda eenzijdig was tijdens de Sinterklaasintocht.

Het begon allemaal drie jaar geleden in Dordrecht, toen twee critici van Zwarte Piet zich langs de route van Sinterklaas’ landelijke intocht hadden opgesteld. Op hun t-shirts stond de leus “Zwarte Piet is racisme”, hetgeen voor de aanwezige politie genoeg reden was om Quinsy Gario en Kno’Ledge Cesare met geweld te arresteren. Zowel het OM als de Nationale Ombudsman oordeelden uiteindelijk dat hun arrestatie onterecht was. Afgelopen weekend stonden er op de Goudse markt ruim 100 actievoerders, met precies dezelfde bedoeling als Gario en Cesare drie jaar ervoor: op uitdrukkelijk stille en vreedzame wijze protest aantekenen tegen een racistisch stereotype. De afloop van het verhaal is bekend: ook dit keer werd het overgrote deel van de demonstranten met geweld afgevoerd en opgepakt.

Het is hoogst onwaarschijnlijk dat Milo Schoenmaker, de burgemeester van Gouda, niet op de hoogte was van die eerdere uitspraken. Of dat de maatschappelijke relevantie van de Zwarte-Piet-discussie hem even was ontgaan. Maar dat stond hem blijkbaar niet in de weg om alle demonstranten de toegang tot de binnenstad te ontzeggen, en ze te verbannen naar een afgelegen locatie. Critici mochten zich in alle vrijheid verzamelen en uiten bij het “Huis van de Stad”: een plek aan gene zijde van de spoorlijn, ver van Sinterklaas, publiek en media, bij een overheidsgebouw dat in de weekends is gesloten. Het is zonneklaar waarom de actievoerders hier geen genoegen mee wilden nemen. Wat is het nut van demonstreren als niemand je kan of mag zien? En dus trokken zij – de surveillerende ME-ers en ‘racial profiling’ ten spijt – alsnog naar het marktplein, om daar verteld te worden dat ze bij de minste suggestie van protest of meningsuiting zouden worden aangehouden. Demonstreren was er immers verboden.

Dat wil zeggen: voor hén. Want dit verbod gold duidelijk niet voor mensen die zich op eigen initiatief als Zwarte Piet hadden uitgedost. Meerdere liefhebbers gaven zo expliciet te kennen hoe ze over het lopende maatschappelijk ‘debat’ dachten. Het gold ook niet voor de ouders die – kind op de arm – om de actievoerders heen bleven hangen, uit nieuwsgierigheid of om zich af en toe te laten ontvallen wat zíj ervan dachten.

Het demonstratieverbod gold ook niet voor de NTR, die werkelijk geen enkel pietepeuterig detail van de intocht onbesproken liet…. behalve het protest, natuurlijk. Maar natuurlijk wél voor de crew van documentairemaker Sunny Bergman – immers een bekend criticus van Zwarte Piet. Het was ook niet van kracht voor de hijgerige camerateams van GeenStijl, wiens karakteristieke roze plopkap óók nadrukkelijk symbool staat voor een politieke overtuiging. Maar dan wél weer voor de zwarte actievoerders die hen te woord stonden, om direct daarna door de politie te worden afgevoerd. En weer niet voor witte ouders, die gretig voor diezelfde camera’s hun mening ventileerden – over het protest dat geen protest mocht zijn.

Het verbod gold uiteraard ook niet voor de politie, wiens lik-op-stuk beleid steevast werd gelegitimeerd met een beroep op de openbare orde. Wat veel media nalieten te vermelden, is dat een groot deel van de demonstranten pas werd afgevoerd en gearresteerd nadat de Sint allang van het bordes was verdwenen, en de markt leeg begon te stromen. De openbare orde was er met andere woorden niet echt mee gemoeid. Waarschijnlijk ging het er de politie minstens evenveel om om te kunnen laten zien wie er in Gouda ook alweer de baas is. Alsof dát geen demonstreren is…

Zo bezien was Gouda de afgelopen zaterdag een stad vol demonstranten. Maar er was maar één groep wiens recht op vrije meningsuiting even niet mocht gelden. Een groep – en een mening – waar niemand op zat te wachten, want het moest vooral een feestje blijven.

Schoenmakers optreden benadrukt precies wat er voor die anti-Zwarte Piet-activisten op het spel staat. Dat sommigen minder kansen en vrijheden genieten dan anderen. Dat sommigen niet gehoord worden en anderen wel. Dat sommigen anders worden behandeld dan de rest – niet in de laatste plaats door politie en bestuurders. En dat dit cryptische onderscheid tussen ‘sommigen’ en ‘anderen’ op basis van afkomst en huidskleur wordt gemaakt. Wat zaterdag met die actievoerders is gebeurd in Gouda, en drie jaar daarvoor in Dordrecht, is symptomatisch voor dezelfde verhoudingen die zij precies aan wensten te klagen. Maar zelfs dát recht werd ze ontzegd.

Mathijs van de Sande
(Dit artikel verscheen eerder op Joop.nl)