Orka’s nemen geen wraak namens de natuur, dat zouden wij moeten doen…

We kunnen niet verwachten dat de natuur de vernietiging van het milieu door het kapitalisme zal wreken. In plaats daarvan moeten we de macht transformeren en samen nieuwe vormen van leven ontwikkelen.

Vorige week woedden er genadeloze bosbranden aan de Amerikaanse westkust, terwijl de Golf van Mexico werd geteisterd door een bijna ongekende reeks van orkanen en tropische stormen. Maar aan de overkant van de oceaan, in de Straat van Gibraltar, zagen we een van de meest dramatische en tragische voorbeelden van de klimaatchaos van het kapitalisme: een ernstig bedreigde gemeenschap van orka’s die boten aanvielen. Dat leek bijna uit een gecoördineerde maar roekeloze woede voort te komen.

Wetenschappers die hun leven hebben gewijd aan het bestuderen van deze hyper-intelligente walvissoort zijn verbijsterd en gealarmeerd over dit hoogst ongebruikelijke gedrag. Ze dreigden een van de kardinale zonden van de biologie te begaan: het toeschrijven van menselijke (antropomorfe) verklaringen aan het gedrag van dieren, het beschrijven van de dieren als “boos”, “woedend” en zelfs wraakzuchtig.

De orka’s hebben alle reden om dat te zijn: hun leefgebied is verstoord door de steeds drukker wordende wereldwijde scheepvaartroutes. In 2014 werd in de 13 kilometer brede zeestraat die het Europese van het Afrikaanse continent scheidt, door meer dan 110.000 schepen – de helft van de wereldhandel over zee en een derde van de olie en het gas – tachtig procent van de goederen en het gas vervoerd die door de EU worden verbruikt.

Naast de massale verstoring door reusachtige tankers hebben de orka’s nog andere problemen. De vissers van blauwvintonijnen uit Spanje en Portugal hebben een hekel aan de moeilijke en kostbare maatregelen die ze moeten nemen om de bedreigde walvissen te beschermen. Ze kijken vaak de andere kant op als hun vislijnen en netten de dieren verstrikken of verwonden, of ze gebruiken allerlei wapens om hun prooi af te schrikken.

Deze en andere factoren – bijvoorbeeld de opwarming en verzuring van de oceanen – hebben de orka’s jarenlang getroffen, waardoor hun lokale bevolking tot slechts vijftig zielen is gereduceerd. Maar het lijkt de opleving van het oceaanverkeer te zijn geweest, te midden van de ontspanning van de lockdown, en met name de terugkeer van pleziervaartuigen en veerboten, die de orka’s heeft gedreven tot wat in de ogen van veel waarnemers overkomt als een soort suïcidale wraak. Ze coördineren ramaanvallen op schepen die veel groter zijn dan zij, waarbij zelfs kwetsbare jonge walvissen worden ingezet.

De blijvende aantrekkingskracht van de “wraak van de natuur”

Degenen onder ons die bijna dagelijks met gebroken hart rondlopen omdat we getuige zijn van de ecocidale vernietiging die het kapitalisme aanricht onder de dieren en ecosystemen van de planeet, zouden we kunnen vergeven als ze deze walvisachtige wrekers warm zouden begroeten. De dieren zouden op ons kunnen overkomen als grimmig vastberaden superhelden uit een film, die een dappere maar tragische laatste strijd voeren om hun huis en hun soort te verdedigen tegen de vernietiging.

Samen met de gruwelijke branden aan de kust van de Stille Oceaan moedigen dergelijke beelden ons aan om ons de langverwachte “wraak van de natuur” zelf voor te stellen, het moment waarop een soort van planetair ecologisch bewustzijn eindelijk zichtbaar wordt en de rekening komt vereffenen met ons mensen. In de begindagen van de nog voortdurende pandemie werd dat beeld opgeroepen door niemand minder dan paus Franciscus om uit te leggen hoe onze zondige ecologisch destructieve manieren de voorwaarden creëerden voor een zoömorf virus als SARS-Cov2.

Er zit een verleidelijke eenvoud in dat verhaal, godbetert wat we de planeet allemaal hebben aangedaan in naam van “de vooruitgang” en winstbejag, en wat wraak verdient. We hebben dat letterlijk ook al ontelbare keren gezien, van science fiction-cultklassiekers tot het subgenre van de dierenhorror – waaronder met name de film “Orca” uit 1977 – tot blockbusters als Jurassic Park of Avatar. Verhalen over de wraak van de natuur – of de wraak namens de natuur – zijn bekend en bevredigend. Wat betreft walvissen gaat de fascinerende klassieker “Moby-Dick” uiteindelijk over de wraak van de natuur in de vorm van de kwaadaardige gelijknamige witte walvis.

Maar degenen onder ons die hopen op een mobilisatie van de mensheid om een einde te maken aan dit systeem van ecologische verwoesting, hebben niet veel met het verhaal van de wraak van de natuur. Uiteindelijk reproduceert het veel van de fundamentele ideologische fouten en mystificaties die het ecocidale kapitalisme feitelijk versterken en rechtvaardigen.

Het is het kapitalisme, niet de mens

Ten eerste, net zoals de charismatische term “het antropoceen”, wijst “de wraak van de natuur” naar de verkeerde bron van het probleem: de mensheid in het algemeen. De echte boosdoener is het specifieke systeem van wereldwijde uitbuiting en vernietiging van mens en natuur: het kapitalisme.

De realiteit is dat wij mensen in de loop van onze gevarieerde geschiedenis vele manieren hebben gevonden om in dynamisch evenwicht te leven met de krachten van de natuur. Voor veel inheemse beschavingen, bijvoorbeeld de Anishinaabe, op wiens land ik vandaag de dag leef, is deze relatie met niet-mensen een centraal onderdeel van een ethisch, politiek, cultureel en spiritueel systeem.

Het kapitalisme is veruit het meest verwoestende van de verschillende moderne economische systemen die de ecosystemen van de aarde hebben geplunderd. En in tegenstelling tot de andere systemen – met al hun problematische kanten – heeft het kapitalisme bewezen volkomen, rampzalig slecht uitgerust te zijn om het soort coördinatie te laten zien dat nodig zou zijn om de ecologische vernietiging een halt toe te roepen. In een notendop: dit systeem zet elke natie, elke industrie en elk bedrijf aan tot onderlinge concurrentie, tot het vermijden van een zinvolle samenwerking en regulering op milieugebied, in naam van het behoud en de versnelling van de accumulatie.

Door ten onrechte “de mensheid” aan te wijzen als de dader van de misdaden van het kapitalisme doen we aan goedkope misantropie, waarbij we ons voorstellen dat het op de een of andere manier ons tragische lot was om ons huis te plunderen. Dat komt niet alleen de systemische en corporatieve krachten van de ecologische vernietiging ten goede, maar het houdt ons ook gevangen in een soort van politieke stilstand van zelfafschuw.

“De natuur” bestaat niet

Ten tweede blijft het verhaal van “de wraak van de natuur” het nutteloze idee bevestigen dat de mensheid en de natuur fundamenteel tegenover elkaar staan. Zoals Jason W. Moore opmerkt, is dat lang de fundamentele mythe geweest waarop de diepe en destructieve arrogantie van de koloniale, patriarchale en kapitalistische wereldbeelden hebben berust. Die zijn geworteld in christelijke ideologieën die de mensheid als verheven boven, en gescheiden van, de natuur hebben gekaderd, begiftigd met een unieke, goddelijke ziel en het recht hebben gegeven om naar eigen goeddunken gebruik te maken van “de natuur”.

In plaats van het menselijke dier te zien als een dier dat zijn omgeving altijd heeft getransformeerd en door zijn omgeving is getransformeerd, maakte dat dualistische wereldbeeld het abstracte begrip “natuur” tot een ondergeschikte maar ook een bedreigende kracht. Zoals Vandana Shiva en Maria Mies decennia geleden al opmerkten, werden binnen die ideologie vrouwen, niet-Europeanen, armen en gehandicapten als dichter bij de natuur beschouwd dan de geïdealiseerde welgestelde, opgevoede witte man en dienovereenkomstig behandeld: als objecten van plezier, gebruik en vernietiging.

Als men kan zeggen dat de natuur wraak neemt op de mensheid, dan staan de natuur en de mensheid noodzakelijkerwijs lijnrecht tegenover elkaar. Zoals ik elders heb betoogd, zijn de machtigen altijd bang voor de wraak van degenen die zij onderdrukken. Ze doen dat precies op hetzelfde moment en in dezelfde verhouding, omdat ze een soort van nodeloze, ongerechtvaardigde wraak gebruiken om hun macht te reproduceren en te verdedigen door middel van beheersing, onderdrukking en bestraffing. Onderdrukkers projecteren op de onderdrukten een vermogen en verlangen naar wraak dat het spiegelbeeld is van het dagelijkse, genormaliseerde wraakzuchtige geweld dat hun systeem van onderdrukking op zijn plaats houdt.

Zo is het dus ook met de wraak van de natuur: we projecteren op “de natuur” het soort van meedogenloze wraak die de grimmige weerspiegeling is van de wraak die de “mensheid” heeft genomen op “de natuur”, en daarmee herbevestigen we precies de mythen die deze wraak in de eerste plaats mogelijk maakten.

Menselijk narcisme

Dat leidt tot het derde probleem, de “wraak van de natuur”-verhalen zijn narcistisch en projecteren menselijke bedoelingen en gedrag op andere dieren. Dat is het effect van het vereenvoudigen van complexe en verweven ecologische fenomenen.

Wraak is, zoals James Baldwin het zo wijs verwoordde, “een menselijke droom”. Het is de benaming die we hebben gegeven aan de bijzonder menselijke combinatie van voorbedachte rade, onbeantwoorde onrechtvaardigheid en morele verontwaardiging. Nemen andere dieren wraak? We lijken bewijzen te hebben dat sommige soorten die we als intelligent beschouwen, waaronder andere primaten en walvisachtigen, soms acties ondernemen die op ons als vergelding over komen. Velen van ons hebben huisdieren waarvan we zouden zweren dat ze wraak genomen hebben voor verwaarlozing of andere kleine misdaden, denk aan het kotsen van haarballen op bed of het versnipperen van onze favoriete schoenen. Maar dat “wraak” noemen is het projecteren op andere dieren van een complexe “menselijke droom” op een manier die onnauwkeurig en vaak nutteloos is.

In het geval van de wraakzuchtige orka’s van Gibraltar biedt wraak ons een enorm vereenvoudigde verklaring voor wat veel gecompliceerder is, als we de wetenschappers willen vertrouwen die hun leven hebben gewijd aan de zorg voor, en de studie van, de walvis. We weten gewoon niet waarom de orka’s zich zo gedragen, en als we iets geleerd hebben over ecosystemen en hun invloed op het gedrag van dieren, dan is het dat ze in de kern complex zijn.

Zoals Donna Haraway duidelijk maakt, hangt ons lot als soort, en het lot van duizenden andere soorten, af van het feit of wij mensen in het reine komen met de complexiteit van natuurlijke systemen en hun nauw verweven, mooie netwerken van onderlinge afhankelijkheid, waarvan het gedrag van dieren een indicator is. Het eenvoudigweg projecteren van onze eigen verhalen over wraak, gegoten in de smederij van de menselijke cultuur, op dieren als een gemakkelijke verklaring voor hoe we ons voelen over het gedrag van dieren is helemaal niet behulpzaam.

Grote natuur als samenzweringstheorie

Dat leidt tot het laatste probleem met deze “wraak van de natuur”: het creëert een soort bovennatuurlijke kracht die “de natuur” wordt genoemd en die op de een of andere manier, in zijn globale totaliteit, met een bovennatuurlijke intelligentie, coördinatie en intentie, “wraak neemt”.

Afgezien van de meer spirituele visies op de Gaia-hypothese, is er geen geloofwaardig bewijs voor zo’n god-achtige, allesomvattende entiteit. De aantrekkingskracht van het ons voorstellen – expliciet of impliciet – dat er zo’n “grote natuur” bestaat, die in staat is om wraak te plannen en te eisen, lijkt sterk op het soort anti-wetenschappelijke samenzweringstheorieën dat vandaag de dag de wereld achtervolgt. In alle gevallen krijgt een of andere bovennatuurlijke of almachtige kracht een bovenmenselijke macht toegeschreven. Net als andere samenzweringstheorieën is deze notie van de natuur diepgaand demobiliserend.

Waarom? Het zou verleidelijk zijn om ons voor te stellen dat de dreiging van wraak van de natuur ons mensen enorm zou doen schrikken en ons zou dwingen om te beseffen dat ons ecocidale handelen tot onze ondergang zal leiden. Maar wanneer heeft dat nou echt gewerkt, buiten de fictie en de film om? Deze benadering maakt een fundamentele fout in haar theorie van verandering, ervan uitgaande dat, net zoals de “natuur” “wakker is geworden” en haar zwaard heeft opgenomen, ook de mensheid nu samen moet komen en haar wegen moet veranderen.

Maar wie is dan die “mensheid”? De wereldwijd overgrote meerderheid van wetenschappers waarschuwt “ons” al tientallen jaren lang voor de gevolgen van ons handelen en er is geen enkele zinvolle actie ondernomen. Regeringen zijn, met een handvol uitzonderingen, toegewijd aan de kapitalistische krachten binnen hun eigen naties, en over de hele wereld hebben ze, ondanks enkele mooie woorden, die decennia verkwanseld.

De mensheid zal niet als geheel “wakker worden”, tenzij en totdat ze zich mobiliseert en zich met duidelijkheid, intentie en intelligentie organiseert via onbeheersbare basisbewegingen die in staat zijn het kapitalisme op de knieën te krijgen.

Dat doel wordt niet naderbij geholpen door het verhaal van “de wraak van de natuur”, omdat het een van deze twee demobiliserende ideeën herbevestigt: ten eerste, als de natuur wraak wil nemen, waarom moeten wij mensen dan opstaan? Zal ze niet gewoon het probleem voor ons oplossen? Ten tweede, misschien verdienen we deze wraak gewoon? Misschien zijn we zo’n vergiftigd en giftig beest dat we het verdienen om vernietigd te worden.

Zoals zo vaak is gezegd, is het makkelijker geworden om je het einde van de wereld voor te stellen dan het einde van het kapitalisme. In zekere zin fantaseren we over een soort wraakzuchtige “natuur” als een soort collectieve doodsdrift, een lust voor vernietiging die voortkomt uit onze onwil om een of andere diepe tegenstrijdigheid te overwinnen. We verlangen naar de vernietiging die we denken te verdienen, juist om ons te kunnen onttrekken aan het harde werken aan het voorkomen van dat lot door middel van collectieve actie.

Nu zou je er terecht op kunnen wijzen dat maar heel weinig mensen daadwerkelijk geloven in de sterke versie van dit argument, namelijk dat “de natuur” een bovenmenselijke intelligentie is die eigenlijk opzettelijk wraak neemt. Je zou kunnen argumenteren dat milieubeschermers dit verhaal slechts voor dramatische doeleinden inzetten om het publieke medeleven, de interesse en de solidariteit te bundelen.

Misschien is dat zo, maar mijn argument blijft dat dit verhaal diepgaand nutteloos is: het wekt geen betekenisvolle sympathie, interesse en solidariteit, laat staan dat het tot actie of organisatie aanzet. Het bevestigt veeleer veel van de ideologische verhalen die ons tot dit punt hebben gebracht: het opnieuw benadrukken van de misdaden van het kapitalisme als het lot van de mensheid, het creëren van een vals onderscheid tussen mens en natuur, en het projecteren op de natuur van verhalen die ons goed uitkomen in plaats van te streven naar een diepgaand begrip.

Het “wraak van de natuur”-verhaal draagt bij aan een doemdenkende obsessie met onze eigen hulpeloosheid tegenover de destructieve rooftocht van het kapitalistische systeem dat we hebben gecreëerd.

De natuur wreken?

De orka’s nemen geen wraak namens de natuur. Maar dat kunnen wij wel, en dat zouden we ook moeten doen. We moeten de vernietiging wreken die onze medesoorten en onze medemensen ondergaan onder de handen van het kapitalisme. Dat moeten we doen door dat systeem af te schaffen voordat het zijn eigen roekeloze, meedogenloze wraak kan voortzetten.

We hebben al zoveel gehoord over klimaatverdriet. Maar hoe zit het met klimaatwraak? Zoals de wijlen, grote proletarische troubadour Utah Phillips het formuleerde: “De aarde gaat niet dood, ze wordt gedood, en degenen die haar vermoorden hebben namen en adressen.” Toch denk ik niet dat geïsoleerde wraakacties tegen individuen de zaken daadwerkelijk zullen veranderen. Het kapitalisme als systeem maakt elke persoon volledig vervangbaar, zelfs aan de top. De CEO van gisteren en de CEO van morgen zijn hetzelfde.

Wat zou het echter kunnen betekenen om de natuur echt te wreken? Elders heb ik gesuggereerd dat, terwijl wraakfantasieën – zoals het “wraak van de natuur”-verhaal – diepgaand demobiliserend zijn, dat ook geldt voor de bijna universele aandrang tot wat ik “reconcilophelia” noem: onze liefde voor rechtvaardige verhalen van vergeving die gaan over de morele transformatie van individuen in plaats van over echte systemische verandering.

Een verbeelding van wraak, daarentegen, houdt vast aan onze woede als basis voor solidariteit. Een wraakzuchtige fantasie droomt ervan dat we de onderdrukkende, dwingende en destructieve kracht van het kapitalisme – het gereedschap van de heersers – in naam van de gerechtigheid voor onszelf zouden kunnen inzetten. Een verbeelding van wraak, daarentegen, erkent iets fundamentelers: dat we de macht moeten transformeren en samen nieuwe vormen van leven moeten ontwikkelen. We moeten de systemische bronnen van ecologisch geweld afschaffen, en niet alleen de individuele daders ervan.

In het geval van een wrekende natuur kan dat alleen maar betekenen dat het kapitalisme in zijn geheel wordt omvergeworpen, inclusief zijn bijzonder onbehulpzame ideologische infrastuctuur.

Max Haiven

(Dit artikel verscheen in Roarmag op 24 september 20202 onder de titel “Orcas are not taking nature’s revenge, but we should”. Vertaald door Doorbraak.)