Coalitie tegen etnisch profileren in hoger beroep tegen de Kmar

Een coalitie van maatschappelijke organisaties en twee niet-witte burgers is in beroep gegaan tegen de uitspraak van de rechtbank over etnisch profileren door de Koninklijke Marechaussee (KMar) bij MTV-controles (Mobiel Toezicht Veiligheid). Tijdens deze controles in het grensgebied selecteert de KMar mensen onder meer op basis van hun uiterlijk, huidskleur, (vermeende) etniciteit of nationaliteit. Er is geen sprake van een individuele verdenking tegen de mensen die gecontroleerd worden. De KMar gebruikt bij deze grenscontroles risicoprofielen waarin etniciteit een onderdeel is, zoals het profiel van de “Nigeriaanse geldsmokkelaar”: “Snellopend, goed gekleed met een ‘niet-Nederlands uiterlijk’”. Een van de eisers in de coalitie werd vanwege dit profiel uit de rij gehaald. De coalitie bestrijdt het oordeel van de rechtbank dat (vermeende) “etniciteit onderdeel mag zijn van risicoprofielen die de KMar gebruikt”. Volgens de rechtbank mag etniciteit zelfs een beslissend criterium zijn om iemand staande te houden – ook daar tekent de coalitie beroep tegen aan. De coalitie verzet zich ook tegen het oordeel dat iemands huidskleur “een objectieve aanwijzing kan zijn voor iemands vermeende nationaliteit”. Deze standpunten zijn volgens de coalitie volstrekt onjuist. Ze gaan uit van een verouderd, problematisch en onjuist beeld van burgerschap dat erop neerkomt dat er één typische Nederlander bestaat en dat die Nederlander wit is. Volgens de coalitie heeft de rechtbank de discriminatietoets dan ook onjuist toegepast.

PILP in Coalitie tegen etnisch profileren in hoger beroep tegen de Kmar (Pilpnjcm.nl)