Tien jaar verlinksing (en activering) van de samenleving

We (alsook ik) hebben het vaak over de verrechtsing in de samenleving. Maar het is accurater om te spreken van een verrechtsing van de staat. Door alle parlementaire afleiding is het soms slecht te zien, maar het verzet groeit óók!
Het is goed om te beseffen dat we van ver zijn gekomen. In 2017 verschenen nog dit soort stukken. Ondanks de titel, “Dit is waarom je Nederland wél een demonstratieland mag noemen”, is dit stuk een reactie op de algemene mening in die tijd dat Nederland geen “protestland” zou zijn. Voor die tijd werd er ook niet veel gedemonstreerd.
Natuurlijk is actie en demonstratie in Nederland nooit echt weggeweest. In 2004 werd bijvoorbeeld gedemonstreerd vóór het generaal pardon van 26.000 vluchtelingen, en tegen grote bezuinigingen van het kabinet.
Na de vastgoedcrisis en de kredietcrisis na 2008 groeide de Occupy-beweging. Ook in Nederland werd gedemonstreerd, en de Occupy-beweging organiseerde meerdere acties. En zo zijn er nog wel meer voorbeelden van kleinschalige, directe acties.
Maar vergeleken met de grote protestbeweging van de jaren tachtig, tegen bijvoorbeeld kernwapens of vóór krakers, was daar weinig sprake meer van. Na 2004 zijn er, voor zover bij mij bekend, geen demonstraties geweest die de schaal van de pensioenprotesten konden evenaren.
Maar de protestbeweging is in de laatste tien jaar wel gegroeid. In 2014 is Kick Out Zwarte Piet (KOZP) begonnen, een voortzetting van een aantal actiegroepen waaronder Stop Blackface, No More Blackface en Zwarte Piet is Racisme. In 2015 demonstreerden zij in Meppel.
In 2014 was ook de eerste People’s Climate March, waar ongeveer vijfduizend mensen aan meededen. In 2015 (klimaatparade) waren dat er zevenduizend, en in 2017 (klimaatmars) waren dat er achtduizend.
In 2017 was ook de Women’s March, in reactie op de eerste machtsgreep van Donald Trump. In Amsterdam deden vijfduizend mensen mee. De versie in Den Haag was mijn eerste demonstratie ooit.
In 2020 kwam de Black Lives Matter-beweging op. Tegelijkertijd waren er voor het eerst coronamaatregelen, waardoor demonstraties vaak kleinschaliger waren. Er pasten immers minder mensen op een plein, en veel mensen vreesden terecht grote groepen.
In deze jaren kwam ook de woonbeweging op. In 2021 demonstreerden vijftienduizend mensen tegen de woonkostencrisis en tegen vermarkting van woningen.
Die opkomst van het demonstreren is niet alleen een links fenomeen. Ook rechtse lieden kwamen vaker demonstreren, bijvoorbeeld tegen de coronamaatregelen in 2022.
Maar actie gaat natuurlijk niet alleen over hoeveel mensen komen opdagen voor demonstraties. Demonstraties zijn goede middelen om een boodschap over te dragen en kracht uit te stralen, maar daarnaast zijn ook directere vormen van actie nodig. Zo begon XR in 2022 met A12-bezettingen.
In september 2023 was dat groots uitgegroeid, en deden vijfentwintigduizend mensen mee aan de blokkade. Vierentwintighonderd mensen werden gearresteerd en meteen vrijgelaten, aangezien de agenten geen ruimte hadden om hen allemaal op te sluiten.
In 2022 trotseerden demonstranten van KOZP een geweldsuitbarsting in Staphorst, waar demonstranten werden bekogeld door vijandig publiek. Hierin werden de belagers niet tegengehouden door de politie.
In 2023 werd ook het TATA-terrein massaal bezet in een strijd tegen de vervuilende praktijken van de staalgigant.
Dat jaar gingen ook duizenden demonstranten spontaan en in meerdere steden tegelijk de straat op na de verkiezingswinst van Geert Wilders. Voor veel mensen was dit hun eerste demonstratie, en was het een barrière die ze doorbraken.
2023 is natuurlijk ook het jaar van de escalatie in de genocide van de Palestijnen door Israël. Dit leidde uiteindelijk tot de grote groei in actieve steun voor de Palestijnse zaak met duizenden acties, van sit-ins tot demonstraties tot sabotage.
Dit culmineerde in 2025 tot de Rode Lijn, de grootste Nederlandse demonstratie in 20 jaar. Tweehonderdvijftigduizend mensen gingen de straat op om een einde te eisen aan de genocide in Palestina.
Dit was geen spontane uitbarsting van steun, maar het gevolg van jarenlang protesteren en vooral organiseren door pro-Palestijnse groepen. De eerste grote pro-Palestijnse demonstratie in Nederland was in Den Haag en bestond voor een groot deel uit moslims.
Het gaat ook niet alleen maar om opkomst bij demonstraties. Er is een enorme toename geweest aan georganiseerde verzetsgroepen, omtrent Palestina, queerrechten, feminisme, en een hoop andere onderwerpen. Zoals ook blijkt uit de heropleving van de Dolle Mina’s dit jaar.
Deze activering zorgt ook dat bestaande evenementen, zoals de Queer Pride Walk, activistischer en strijdbaarder worden. Politiek wordt actiever uitgedragen naarmate er meer strijdbare organisaties zijn om aan dit soort evenementen bij te dragen.
En daarnaast is er een steeds grotere vraag naar activistisch nieuws, activistische duiding, diepere analyses van problemen in Nederland. Dus is er ruimte voor initiatieven als Radio Kookpunt en andere linkse media, wat dan weer de actiebeweging versterkt.
Wat is de conclusie van deze lange opsomming? Dat we niet hulpeloos zijn. Als de laatste jaren iets hebben laten zien, is dat mensen langzaam maar zeker opstaan tegen onrecht. Jarenlang organiseren op verschillende onderwerpen heeft gewerkt, en heeft grote groepen gemobiliseerd.
Die mobilisering hebben we voor een groot deel te danken aan mensen van kleur, moslims, migranten, vrouwen en queer mensen die voor hun eigen rechten zijn opgekomen. Zij hebben de structuren gebouwd die ons nu steeds beter in staat stellen om verzet te leveren.
En de belangrijkste conclusie: terwijl parlementair links slinkt, groeit tegelijkertijd de actiebereidheid op straat. De ondergang van parlementair links (en de teleurstelling die voor veel mensen daarbij hoort) voedt tegelijkertijd de actiebereidheid van veel mensen om zelf iets te doen.
Dus: wat we zien, is niet alleen maar een ondergang. We zien ook een opkomst van actief verzet. Daarmee is de strijd nog niet gewonnen, natuurlijk. Maar het vooruitzicht is lang niet zo hopeloos als de politieke verrechtsing doet denken.
De beste situatie is er één waarin de actiebeweging zo sterk is dat elke regering, ongeacht politieke kleur, wel moet toegeven aan onze eisen. Die kant zijn we op aan het gaan. Alle reden dus om moed te houden!
Bo Salomons
(Dit artikel verscheen eerder als draadje op Bluesky.)
