Alevitisch Nieuws 9 (27 september – 13 oktober)

Een bloemlezing van de berichten op de Facebook-pagina “Alevitisch Nieuws” van 27 september tot en met 13 oktober.

27 september – Anti-alevitische leraar geschorst

Na veel ophef en protest is in Turkije een godsdienstleraar geschorst die vorige week op een middelbare school in Ankara alevitische leerlingen onder druk heeft gezet en heeft beledigd. Het gaat om een school in de deelgemeente Mamak (foto).

De leraar, van wie alleen de initialen M.K. bekend zijn gemaakt, vroeg in de klas aan alevitische leerlingen om zich kenbaar te maken door hun vinger op te steken. Daarop volgde een tirade waarin de soennitische leraar onder meer aangaf een hekel te hebben aan Hazreti Ali, een van de centrale heiligen in het alevitische geloof. Hz. Ali zou hebben gescholden op de echtgenote van de profeet Mohammed. Ook hekelde de leraar het feit dat alevieten niet vasten in de maand ramadan en niet vijf keer per dag bidden.

Leerlingen in het voortgezet onderwijs in Turkije zijn verplicht om godsdienstlessen te volgen. Het probleem is echter dat het niet om inclusief onderwijs gaat, waarbij meerdere religies en wereldbeschouwingen aan de orde komen, maar om expliciet soennitisch islamitisch onderwijs. Al decennia is deze verplichting een doorn in het oog van alevitische ouders en leerlingen. De alevitische beweging ijvert al jaren voor inclusief en vrijwillig godsdienstonderwijs.

28 september – Alevitische steun studentenprotesten

In verschillende Turkse steden voeren studenten actie voor het recht op een dak boven ieders hoofd. De studentenhuisvesting die door de overheid wordt georganiseerd kan maar tien procent van de totale woonbehoefte van studenten aan. De huizenprijzen en de particuliere huurprijzen zijn, net als in Nederland, enorm gestegen. Voor een gemiddeld appartement in een grote Turkse stad betaal je al snel een maandelijkse huursom die vergelijkbaar is met het maandsalaris van iemand die het minimumloon verdient.

Diverse alevitische organisaties hebben de deuren van het gastenverblijf van hun cemhuizen geopend voor dakloze studenten uit solidariteit met de studentenprotesten. Het gaat om ruim zeventig cemhuizen, waarin tijdelijk honderden studenten kunnen worden gehuisvest. Cemhuizen zijn alevitische gebedshuizen. Ze worden niet erkend door de Turkse staat.

29 september – Wetsvoorstel HDP erkenning cemhuizen

Ömer Faruk Gergerlioğlu (foto), parlementslid voor de Democratische Partij van de Volkeren (HDP), heeft een wetsvoorstel ingediend waarin de cemhuizen worden erkend als gebedshuizen. De Turkse republiek weigert al sinds haar oprichting de gebedshuizen van alevieten te erkennen. Gergerlioğlu, zelf opgeleid tot soennitisch voorganger, noemt het een groot onrecht dat cemhuizen geen formeel erkende status hebben.

Commentatoren verwachten dat het voorstel zal worden verworpen. De verlening van de status van gebedshuis aan cemhuizen brengt niet alleen financiële voordelen voor de alevitische gemeenschap met zich mee – zoals vrijstelling van diverse belastingen – maar houdt ook een erkenning van het alevitische geloof in. Dat zal islamitisch conservatieven (AKP) en ultra-nationalisten (MHP) in het parlement te ver gaan. Bovendien zullen zij de primeur van een eventueel historische doorbraak niet gunnen aan de HDP, een linkse partij die nadrukkelijk opkomt voor etnische, religieuze en seksuele minderheden.

4 oktober – Alevieten vaakst slachtoffer van haat

Volgens het Initiatief Vrijheid van Geloof (İÖG) zijn in Turkije in 2020 alevieten het vaakst slachtoffer geworden van geloofsgerelateerde haatcriminaliteit. Het gaat dan onder meer om geweld tegen personen vanwege hun geloofsovertuiging, maar ook om vernielingen aan religieuze gebouwen. Het İÖG telde acht casussen tegen alevieten, vijf tegen christenen en één tegen een moslima met hoofddoek (zie grafiek). Daarbij moet worden opgemerkt dat christenen, in tegenstelling tot alevieten, slechts een klein percentage uitmaken van de Turkse bevolking. Daarmee is het geweld tegen christenen relatief groter dan tegen alevieten.

Het İÖG tekent in zijn rapport over 2020 zelf aan dat deze cijfers slechts een zeer beperkt beeld geven van de werkelijkheid. Aannemelijk is dat het aantal casussen vele malen hoger ligt. Zo geeft de politie geen prioriteit aan het registreren van haatcriminaliteit. De ministeries van Justitie en Binnenlandse Zaken maken de registraties bovendien niet openbaar. Het Initiatief moest de aantallen zelf verzamelen uit openbare bronnen, zoals kranten en nieuwssites.

Co-voorzitter van de Mensenrechtenvereniging in Turkije (İHD) Öztürk Türkdoğan (foto) voegt hieraan toe dat de Turkse wet een beperkte definitie kent van haatcriminaliteit. Atheïsme en specifieke stromingen binnen de islam vallen volgens hem buiten de reikwijdte van de wet. (bron: PİRHA)

12 oktober – 43 alevitische organisaties herhalen eisen

43 alevitische organisaties uit het Aziatische deel van Istanbul hebben tijdens een persconferentie collectief hun eisen aan de Turkse overheid herhaald. Adviseurs van de Turkse ministeries van Binnenlandse Zaken en Cultuur schijnen namelijk bezig te zijn met een ronde langs individuele alevitische organisaties in en rondom Istanbul. Daarbij wordt door ambtenaren gevraagd wat hun wensen en behoeften zijn. De 43 organisaties stellen daar nu deze collectieve eisen tegenover, en benadrukken dat deze al decennia bekend zijn bij de Turkse regering.

De alevitische organisaties eisen onder meer een formele erkenning van hun gebedshuizen, een stop op de bouw van moskeeën in alevitische dorpen, afschaffing van het verplichte soennitische godsdienstonderwijs op scholen, bestrijding van de discriminatie van alevieten op de arbeidsmarkt (te beginnen bij ambtelijke vacatures), een teruggave van alevitische schrijnen aan de alevitische gemeenschap en een brede aanpak van racisme en discriminatie in de Turkse samenleving.

13 oktober – HDP in overleg met alevieten

De co-voorzitters van de Democratische Partij van de Volkeren (HDP), Pervin Buldan en Mithat Sancar (foto), zijn gisteren in Ankara bijeen gekomen met vertegenwoordigers van verschillende alevitische organisaties in Turkije.

Bespreekpunt was de “Declaratie voor democratie, rechtvaardigheid en vrede”, een oproep die de linkse HDP – die nadrukkelijk opkomt voor etnische, religieuze en seksuele minderheden – op 27 september heeft gepubliceerd.

De HDP geeft aan de oproep nadrukkelijk te willen bespreken met alevitische organisaties als basis voor een brede alliantie met hen en alle andere onderdrukte bevolkingsgroepen in Turkije. Het document bevat elf actiepunten. Onder het actiepunt “Een democratische grondwet” pleit de partij voor een pluriforme en libertaire grondwet waarin gelijke burgerrechten worden gegarandeerd aan alle inwoners van Turkije ongeacht culturele achtergrond, levensovertuiging, geloofsovertuiging, levenswijze en moedertaal.