Soedanese vluchtelingen demonstreren: geen bevriezing meer van asielprocedures, maar verblijfsrecht nu (beeldverslag)

Gisteren protesteerden zo’n vijftien mensen dicht bij het ministerie van Justitie en Veiligheid in Den Haag tegen het uitstellen van de IND-beslissingen op de asielaanvragen van Soedanezen. Sinds eind juni geldt er een “besluit- en vertrekmoratorium” voor zes maanden, wat inhoudt dat er geen beslissingen genomen zullen worden in deze periode, en ook dat Soedanese vluchtelingen niet zullen worden uitgezet. Dat laatste juichen wij natuurlijk toe. Maar het uitstellen van de beslissingen in de procedures leidt ertoe dat mensen nog langer moeten wachten, ook mensen die al heel lang aan het wachten zijn. Al die tijd leven ze in grote onzekerheid, hebben ze geen mogelijkheid om hun leven op te bouwen, zijn ze aangewezen op verblijf in een AZC of noodopvang, en staat hun leven feitelijk stil. En dit terwijl de oorlog in Soedan voortduurt. Wij pleiten voor verblijfsrecht voor alle Soedanezen, en niet pas over een half jaar, maar nu!

De demonstratie was opnieuw georganiseerd door de Sudanese Refugees Organization (SRO). Er waren niet zo heel veel deelnemers, wat er mogelijk mee te maken had dat veel vluchtelingen gisteren stempelplicht hadden. Die stempelplicht houdt in dat ze zich moeten melden bij het AZC of de opvang waar ze verblijven, vaak midden op de dag. Naast de SRO en Doorbraak waren er ook twee leden van de Socialisten Den Haag aanwezig. Het protest vond niet voor de deur van het ministerie plaats, maar een tiental meters verderop. We waren daar met onze actieborden, spandoeken, Soedanese vlaggen en Soedanese muziek goed zicht- en hoorbaar voor voorbijgangers. Twee mensen sloten zich zelfs voor enige tijd spontaan aan, en ook waren er een paar mensen die bleven staan of gingen zitten op de bankjes aan de overkant van de protestlocatie om te luisteren naar de speeches die werden gehouden.

Plichtsverzuim

Vanuit de SRO sprak onder andere Haitham: “De situatie in Soedan is nijpend. Het is een slagveld dat het hele land dreigt te verteren. De Verenigde Naties hebben ons gewaarschuwd voor de ernst van dit conflict – een conflict dat al duizenden levens heeft geëist, huizen, scholen en ziekenhuizen heeft verwoest en miljoenen onschuldige mensen tot ontheemding heeft gedwongen. De oorlog in Soedan verwoest niet alleen levens; het schendt de fundamentele mensenrechten van onschuldige burgers. Het Bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Zaken van de Verenigde Naties waarschuwt ons dat dit kan neerkomen op oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid. De levens, veiligheid en zekerheid van burgers staan op het spel. De cijfers spreken voor zich: bijna 5.000 verloren levens, ruim 11.000 gewonden en een bevolking die op de rand van de afgrond staat. Voedselschaarste, gebrek aan elektriciteit en gesloten ziekenhuizen verergeren het lijden. Hulporganisaties, overweldigd door de omvang van de crisis, zijn gedwongen hun activiteiten op te schorten. De Soedanese bevolking verkeert in grote nood en de tijd dringt.”

“We kunnen de paradoxale acties van andere landen niet negeren. Terwijl ze hun onderdanen haastig uit Soedan evacueren, knijpen ze een oogje dicht voor het catastrofale tafereel dat zich voor hen afspeelt. Veel van deze landen steunen de strijdende partijen en dragen bij aan het lijden van onschuldige levens. Het is ontmoedigend om te horen dat sommige van deze landen de Soedanezen veilige en legale routes ontzeggen om asiel aan te vragen.” De SRO roept dan ook “de Nederlandse autoriteiten op om onmiddellijke bescherming te bieden aan Soedanese asielzoekers in Nederland”. Zij zouden “verder moeten kijken dan de bureaucratie en de urgentie van de situatie moeten erkennen. De terughoudendheid van de Immigratie- en Naturalisatiedienst om adequaat op te treden is zeer zorgwekkend. Het negeren van de rapporten van internationale instanties en het claimen van onzekerheid is niet alleen plichtsverzuim, maar ook een potentiële bedreiging voor de levens van Soedanezen.”

Onveilig

Ook hield Harry van Doorbraak nog een praatje waarin hij onder meer zei: “In Soedan bestaat al decennialang een militaire dictatuur. Nu is er ook nog een oorlog uitgebroken tussen militairen onderling, waar de bevolking het slachtoffer van is geworden. Veel Soedanezen zijn naar buurlanden gevlucht. Soedanezen hier kunnen en willen daarom niet terugkeren naar Soedan. Maar ze krijgen tot nu toe ook geen verblijfsvergunning. Ze hebben alleen te horen gekregen dat de beslissing op hun asielaanvraag is uitgesteld. Volgens de regering zou het onduidelijk zijn wat er nu aan de hand is in Soedan. Regering, hou je niet van de domme. Het gaat niet om onduidelijkheid, het gaat om onveiligheid. En het gaat om het geven van veiligheid aan de Soedanezen die nu hier in Nederland zijn.”

Een andere spreker van de SRO, kinderpsycholoog Amir, sprak over de enorme psychologische effecten van de oorlog op de Soedanese vluchtelingen. Mensen die de plek waar ze vandaan komen helemaal kapot zien gaan, en geen andere keuze hadden om te vluchten. De speech was in het Arabisch, waardoor ik als niet-Arabischtalige persoon weliswaar niet kon verstaan wat er precies werd gezegd, maar ik kon wel zien hoezeer de woorden de aanwezige Soedanezen raakten en hoe pijnlijk en emotioneel het voor iedereen was om te denken aan wat er op dit moment in Soedan gebeurt en nog staat te gebeuren.

Op een gegeven moment kwam er zowaar een ambtenaar van de IND naar buiten. Hij had een uitgetypt velletje bij zich wat hij ging voorlezen. Hij erkende daarbij weliswaar dat hij snapte dat het heel zwaar was om te moeten wachten op een asielbeslissing, maar verder was het eigenlijk vooral een technische uitleg wat zo’n moratorium nu eigenlijk inhoudt, waarbij hij ook nog fijntjes wist te melden dat het moratorium tot wel 21 maanden kan worden opgerekt. De IND kon nu niets doen, volgens de ambtenaar, omdat het ministerie de instantie is die besluit tot zo’n moratorium. “Het ministerie baseert zich op informatie van de Nederlandse ambassade in Khartoem”, zo stelde Haitham, “maar er is nu helemaal geen ambassade open in Khartoem. Dus hoe kan het ministerie zich daarop beroepen? Waarom luistert het ministerie niet naar de Verenigde Naties?” Een andere persoon: “In Frankrijk is besloten dat Soedan onveilig is, waarom niet in Nederland?” Goede vragen, waar de ambtenaar geen antwoord op had.

IND-ambtenaar komt uitleg geven.

Geen mens is illegaal

Vaak sta je met een protest als dit tegenover het enorm koude en kille gebouw van het ministerie, wat het gevoel geeft dat je letterlijk tegen een muur staat te praten. Wat dat betreft is het prettig als er iemand naar buiten komt, een menselijk gezicht in plaats van een anoniem gebouw. Maar de onmenselijkheid zit ‘m dan nog steeds in alleen dat technisch uitleggen van de algemene regels, waardoor je feitelijk geen steek verder komt. Het is ook nogal wrang dat zo’n ambtenaar dan in zulke algemeenheden praat tegen mensen van de SRO die heel goed op de hoogte zijn van regels en allerlei internationale rapporten die de laatste tijd over Soedan zijn verschenen. De ambtenaar beloofde weliswaar dat er een antwoord zou komen op de petitie die de SRO via hem kon indienen bij het ministerie en de IND, maar vanzelfsprekend was er geen enkele toezegging te bespeuren dat de Nederlandse overheid rekening gaat houden met de belangen van de vluchtelingen uit Soedan.

“Als we een heel andere samenleving willen, waar migranten en vluchtelingen welkom zijn, waar ze respect krijgen, waar gelijkwaardigheid is”, zo zei Harry even daarvoor in zijn toespraak, “dan zullen we daar zelf voor moeten strijden en voor moeten blijven strijden. Die strijd voeren Soedanese vluchtelingen al jarenlang en vandaag vindt die strijd hier plaats, bij het ministerie van Justitie en het kantoor van de IND. En morgen, en volgende week, en volgende maand zetten we die strijd van onderop voort.” Zo is het. De strijd moet doorgaan. Want geen mens is illegaal en de wereld is van iedereen.

Hier lees je de petitie die de SRO aan het ministerie en de IND heeft gestuurd.

Mariët van Bommel